Verse spirituele leringen en leraren zijn het beste?

Ik droomde vannacht over half bedorven fruit. Sonde dat ik het niet had opgegeten. Het gaat me nu even niet om wat die droom betekent, maar om de mogelijke toepassing op het spirituele leven in het algemeen. Wat denken jullie dat beter werkt: een klassiek spiritueel boek, of leraren die de zaak vertalen naar het huidige leven? Oftewel, zijn leraren als Thich Nhat Hanh, de Dalai Lama en Eckhart Tolle ‘beter’ voor ons dat de Boeddha?

Comment Zen

Als je iemand niet begrijpt, of het niet met ze eens bent, wil dat nog niet zeggen dat die persoon dom is. Hou het alsjeblieft beleefd, vriendelijk en inhoudelijk. Denk er aan dat je die ander alleen via zijn of haar woorden kent.

36 gedachten aan “Verse spirituele leringen en leraren zijn het beste?”

  1. Boeddha heeft nooit iets opgeschreven, dus wat we van hem kennen is de interpretatie van anderen. Dat is een groot verschil met hedendaagse leraren.

    Het blijft echter wel zo dat, oud of nieuw, je het toch altijd naar jezelf vertaald. Je kunt niet anders en dat is goed, dat moet ook. Het moet eigen worden. Anders blijft het slechts een verhaal.

      1. Persoonlijk maakt het mij weinig uit welke ‘naam’ er aanhangt. Ik bekijk meer of het mij aanspreekt, of het me raakt, of er iets ‘verschuift in mijn geest.’

        En dan heb ik bij deze twee een lichte voorkeur voor Krishnamurti. Al is het wel een tijd geleden dat ik iets van hem las.

  2. De grond van de leringen van de Boeddha en de moderne leraren is natuurlijk dezelfde. De leraren van alle tijden pasten hun woorden aan aan de kennis en het niveau van hun toehoorders, zoals christus de jezus dikwijls sprak over vissen en vissers. Daarom is het goed om tijdens een studie van gelijk welke boek, oud of modern, op zoek te gaan naar de diepe grond van de woorden. Steeds zal men dezelfde boodschap erkennen dat de waarheid al aanwezig is in alle wezens en alle dingen, en dat zoeken nutteloos is.

  3. Dat hoor ik vaker, dat zoeken nutteloos is. Veel leraren zeggen dat ook. Tegelijkertijd moet je wel op zoek gaan naar de diepere grond van de woorden die je leest of hoort.

    Ik raak daar steeds van in de war, moet ik nou wel of niet zoeken? En wat is dan ‘zoeken’?

  4. …we moeten eerst veel zoeken, jarenlang! Van het ene extreme naar het andere extreme, in de diepte en in de hoogte…
    Jarenlang mantra’s herhalen op de toppen van Tibet, en achter exotische guru’s rennen. Zonder dat te doen gaan we nooit beseffen dat het nergens anders te vinden is dan in onszelf…

    1. Oh oké, dan heb ik nog heel wat te doen… Ik weet niet of ik daar allemaal aan toe kom hoor in dit leven. Sterker nog, ik weet wel zeker van niet.

      Zucht…dan kom ik er niet achter hè. Of toch wel? Al die leraren hebben zich daar toch al mee beziggehouden? Dus dan lift ik gewoon mee op hun ervaringen. Ik vertel mijn onderbewsutzijn dat het mijn ervaringen zijn. Want alles is één toch…

      1. Je zal er wel achter komen, iedereen heeft zijn eigen pad, uniek en altijd het juiste!

        Alles wat mensen meemaken en ervaren leidt hen naar hetzelfde, er is niets anders…

        1. Een hele geruststelling… ik ga mijn eigen unieke en juiste pad!

          Er is niets anders dan wat? Dan dat pad?

  5. Er zijn altijd ontelbaar veel mensen die meer of minder weten dan wij, de mensen die in het verleden het meeste wisten zijn nu allemaal dood, de mensen die in de toekomst wijs zullen zijn zijn nog niet geboren. Op zich hoeft dat geen enkel probleem te zijn. Dat iemand, de een meer dan de ander niet altijd alles goed weet en beseft, wil nog niet zeggen dat die onwetendheid een basis is voor ongelijkheid, juist in het feit dat ieders zoektocht naar de waarheid een andere weg neemt maakt dat de wereld veel diversiteit heeft. Dat laatste punt raakt vaak een begrip aan waar de ethiek van een leraar kan botsen met het idee van het vermijden van discriminatie. Innerlijke strijd kan zich ook binnen een enkel persoon afspelen. Soms gaat begrip en spiritualiteit ook teloor, en er zijn perioden in het leven dat iemand als mens wat “gewoner” en “alledaagser” wordt, op dat moment blijkt pas echt hoeveel energie iemand in zijn basis heeft gestoken. Hoeveel iemand weet en waar die allemaal heeft gezocht is uiteindelijk niet echt van belang zolang het voor anderen geen waarde heeft.

  6. Spirituele leringen en leraren moeten zich aanpassen aan de tijd en het volk waarvoor ze bedoeld zijn. Daar zit echter een gevaar in: alleen leraren, die de Waarheid in zichzelf gevonden hebben kunnen werkelijk helpen. En die leraren (noem ze een “Boeddha”) zullen er op elk ogenblik, ook nu, zijn.
    Zoals Rita zegt: “Persoonlijk maakt het mij weinig uit welke ‘naam’ er aanhangt. Ik bekijk meer of het mij aanspreekt, of het me raakt, of er iets ‘verschuift in mijn geest.’”, zo zie ik het ook. Maar toen ik met mijn spirituele reis begon, was ik eigenlijk blind en toen kon ik dit nog niet zo zeggen. Als je de Waarheid wel kan herkennen, Rita, dan ben je een begenadigd mens.

    Belangrijk is het zoeken. Zoeken is een soort drang tot ontplooiing, tot verandering en die moet er wel zijn. Dat is de vrijheid die we als mens hebben. Daarom moeten we “zoeken”. Belangrijk is ook wát we zoeken en waarom, daar begint het mee. En eigenlijk gaat alles zoals het moet gaan, zoals Francois zegt. Alles leidt inderdaad naar hetzelfde, maar dat kan in 1 leven of over nog vele levens. Onze ervaringen en ons pad zijn zeer individueel.
    En als we het over het zoeken van de weg in onze blindheid hebben, dat is voor elkeen zeer verschillend. Sommigen moeten veel zoeken, anderen niet. We hebben binnen ons ook nog een laatste overblijfsel van onze Goddelijke, gevallen oorsprong. Deze zet ons aan tot zoeken en helpt ons bij het zoeken, als we er tenminste naar kunnen luisteren. Het pad is daarom het worden van onszelf (dat laatste overblijfsel), in onszelf en door onszelf. Alles zit dus in ons. “Ken uzelf” vind ik erg belangrijk. Wie zichzelf kent, kent de wereld en het Al.
    De eenheid waar Rita het over heeft is de Eenheid van dit Goddelijke Zelf. Als ik in dat Goddelijke Zelf zou leven, zou ik één zijn met jouw Goddelijke Zelf. Dan zou ik jouw gedachten, jouw persoonlijkheid kunnen zien, zoals ik mijn eigen persoonlijkheid zie, of omgekeerd. Op het vlak van de persoonlijkheid en het ego is de eenheid ver te zoeken. Ook de ervaringen van een leraar zijn irrelevant, zijn anders dan jouw ervaringen.
    Nou ja, dat zijn enige bedenkingen van mij. Ik denk altijd: “ik moet niet meer reageren op dit forum”, maar toch doe ik het nog steeds. Het zal wel zijn zin hebben.

  7. Blijf alsjeblieft reageren Lucas! Ik kan me over het algemeen best vinden in jouw ‘bedenkingen’.

    Wij zijn vaak ingesteld op zoeken. Mij is verteld dat je dan blijft zoeken en niet zult vinden om dat de geest geprogrammeerd is om te zoeken en niet om te vinden. Dus dat het beter is om ingesteld te zijn op vinden…

    Onderzoeken vind ik dan beter. Dan heb je al iets op het oog of een heel klein puntje vast.. en dan ga je dat vervolgens van allerlei kanten bekijken. Wat is het? Is het waar? Kan ik er iets mee? etc.

    En bij het onderzoeken kan het handig zijn om hulp te hebben van een leraar. Een leraar die juist dat onderzoek al voor zichzelf gedaan heeft, of deels gedaan heeft, en er iets van is gaan begrijpen.

    Zolang die leraar maar jou je eigen proces toestaat. Soms best wel dwingend mag zijn, want we zijn van nature toch wel een beetje wars van verandering in ons denken, maar jou in ieder geval niet afhankelijk zal maken.

  8. En al dat zoeken, onderzoeken etc. moet dan uiteindelijk uitmonden in een staat van niet-denken, een staat van zijn.

    Ach ja…

  9. Iedereen is zijn/haar eigen inwijder.

    Iedere leerling (of zoekende) vindt uiteindelijk zijn eigen leraar. De symbiose tussen leerling en leraar is sterk. In moderne taal zouden we dit kunnen interpreteren dat zowel de leraar als leerling elkaar (bewust of onbewust) beïnvloeden. Zonder leerling is er geen leraar en zonder leraar blijft de leerling zoekende. Ook is elke leraar ooit leerling geweest en blijft dat voor die leraren die weer boven hém staan.

  10. …men zegt dat het niet altijd de leerling is die de leraar vindt,

    …het gebeurt meermaals dat het de leraar is die de leerling vindt.

    …en meerdere leraren getuigen dat ze het meest bijleren dank zij de leerling

  11. Ik heb het niet zo op leraren, maar dat is persoonlijk. Aan de andere kant is het in de huidige tijd bijna onmogelijk om het pad alléén te gaan. Dus steun van een leraar of een groep heb je nodig. Een leraar mag daarbij niet te persoonlijk zijn, want dan gaat het mis. De leraar moet de Wijsheid gevonden hebben, maar hoevelen hebben dat? De leraar of groep heeft de leerling nodig om zelf hogerop te komen. Dat heeft Ouspensky ooit mooi verteld in een boek: we staan als mensen alle op een trap en geven elkaar de hand. Pas als een mens een ander mens een trap hoger heeft gebracht, kan hij zelf een trap hoger komen.

    En, ja, het pad leidt tot een andere staat van denken, tot een veel omvattender (alomtegenwoordigheids) bewustzijn, maar meestal lukt het niet in 1 leven om het uiteindelijke doel te bereiken. Toch ben je het m.i. aan jezelf verplicht om te trachten te doen waarvoor je hier nu op aarde gezet bent, tenminste als je hier bewustzijn van hebt. En “niemand wordt voor een onmogelijke taak geplaatst of alleen gelaten”.

  12. Ik hoop ooit nog eens door een hééél wijze leraar gevonden te worden…
    Maar nee, het eerste wat van me gevraagd zal worden is discipline… en daar ben ik heel slecht in, consequent slecht.

    Moet een leraar onberispelijk zijn in zijn/haar leer? Het levende voorbeeld zijn voor zijn/haar leerlingen?

  13. mijn idee van een leraar, of lerares, is dat deze persoon niet onberispelijk hoeft te zijn. Niemand kan perfect zijn en dus mogen we dat van een “levend voorbeeld” ook niet verlangen, laat staan verwachten. We verlangen dat, omdat wij het zijn die met een probleem zitten, wij zijn niet tevreden met onszelf en het zijn wij die varlangen naar een tegenovergestelde persoonlijkheid, met discipline en een onbesproken gedrag. Volgens mij is een leraar iemand die ons laat tevreden zijn met onszelf, zoals we zijn, zonder frustraties en dogma’s, vooroordelen en complexen. Net vandaag kreeg ik de volgende spreuk in mijn mailbus:

    “Meditatie is niet het verstillen van het denken.
    Ware meditatie is de herkenning van je werkelijke identiteit als het stille, onverstoorbare bewustzijn waarin de activiteit van het denken verschijnt,
    of dat denken nu kalm of onrustig is.
    Nin Sheng”

    Voor velen lijkt dit contradictorisch met het ideaalbeeld van een verlichte leraar, maar ligt dat dus niet aan psychologie van de zoeker? ik vraag het me af…

  14. Die spreuk had ik ook in mijn Postvak IN vandaag. Ik ben wel eens op zoek gegaan naar die mysterieuze Nin Sheng, maar alles wat ik vind zijn quotes. Wie was hij/zij?

    Ergens anders, in een ander verband, las ik het zinnetje: ‘Dat wat ze zeggen zullen ze moeten voorleven’
    En dat vind ik toch wel van leraren, wellicht niet onberispelijk, maar toch dat vóórleven of voorléven. Ik weet niet of een leraar mij werkelijk leert tevreden te zijn met mezelf, als die leraar zelf tegelijkertijd chagerijnig rondloopt.

  15. synoniemen voor chagrijnig zijn bv humeurig, bedroefd, slecht geluimd, nors, ontevreden, zeurig. Vertel mij waarom een spiritueel mens eens niet slecht geluimd mag zijn of bedroefd. ‘Ik ben een mens: niets menselijks is mij vreemd’ – deze uitspraak van de oude Romeinse toneelschrijver Terentius wordt door velen gezien als een gemeenplaats, en door nog meer personen als een wenselijk ideaal.
    Wie zijn eigen fouten en gebreken in liefde aanvaard, zal van een ander mens niets meer verwachten en verlangen. Hoe dat we de anderen zien of niet willen zien, komt door onze eigen psychologische knooppunten. Degene die vies is van zijn eigen fouten en gebreken en daarom – tracht en snakt – naar het tegengestelde, zal geen leraar aanvaarden die bedenkelijk gedrag vertoont.
    We moeten daarom op zoek gaan naar het wezenlijke in i e d e r mens, als we dat consequent doen, zal het wezenlijke ook in o n s z e l f beginnen openbloeien. De leraar die, eventueel, dan op moment verschijnt zal niet veel meer moeten bijschaven of veranderen…

  16. Met jouw laatste alinea ben ik het helemaal eens Francois. de leraar is dat wezenlijke in ons.
    Maar eerst moet e.e.a. gebeuren voordat we dat wezenlijke kunnen horen, er contact mee kunnen hebben.

    1. We kunnen dat wezenlijk niet horen of zien, het is onze ware aard, dus we kunnen het alleen ZIJN

      het is de ballast van valse identificaties die we zullen moeten loslaten, het ‘ik’ kan geen contact maken met onze ware identiteit, het ‘ik’ moet eerst oplossen in de oceaan, en dat is voor sommigen een bangelijk ogenblik. Met complexe redenering proberen we dat zo veel mogelijk uit te stellen…

  17. Dat ‘chagerijnig zijn’ was een fout voorbeeld, daar was ik me bij het schrijven al van bewust maar wist zo gauw niks anders.

    Maar ik blijf bij dat ‘voorleven van wat je verteld’ (walk your talk), omdat ik dat wat er verteld wordt (over dat wezenlijke van onszelf) anders gewoon niet geloofwaardig vind – of mijn onderbewustzijn zal het als ‘vals’ oppikken. En dat onderbewuste speelt een hele grote rol in wat ik vind of doe of wil of… Of ik dat nou fijn vind of niet.

    Natuurlijk blijven we mensen (ook de leraren) met al onze fouten enzo, maar dat is toch ook niet meer dan een identificatie? Een identificatie met ons lichaam, ons karakter etc. – dat is toch niet wat of wie we ‘Zijn’?

    Bewustworden dat we meer zijn dan dat… het Zijn ontmoeten… oplossen in de oceaan. Dat is waar ik enige hulp van een leraar wel prettig bij zou vinden. Niet pas daarna.

    1. tegenwoordig hoor je van veel leraren de gekste verhalen, van pedofelie tot abortussen. Ik vraag me af ofdat die mensen niet ooit op een altaar werden gezet door hun leerlingen, waardoor ze als het ware verplicht werden om aan die ideale beelden te blijven beantwoorden, iedereen kent wel zo’n voorbeeld. Alleen de moedigen en wijststen onder hen hadden het inzicht en de kracht om uit die mallemolen van dat “spirituele” epicentrum weg te blijven, en zich onder te dompelen in de anoniemiteit of achter het scherm van het authentieke, en die voor de massa als dwaas overkwamen. Zo las ik vanmorgen nog iets over Mahavira, hij had besloten om te beantwoorden aan zijn fysieke authenciteit en naakt rond te lopen. Blijkbaar werd dat in die tijd ook niet met open armen geaccepteerd en werd hij overal weggejaagd. Later werd hij de stichter van het Jaïnisme. Wat ik wil zeggen is dat – je wezenlijke kern volgen – door sommigen niet altijd wordt herkend als wezenlijk, maar meestal als dwaas. Voor de meeste volgelingen moeten leraren inderdaad beantwoorden aan bepaalde normen, maar wie stelden die normen ooit samen? Iedereen kent wel het verhaal van die Chinese zenmeester die het kopje thee van de professor bleef volschenken, de thee liep uit het tasje over de tafel en de vloer, totdat de professor begon te roepen. Zo is het ook met je hoofd zei de zenmeester, je blijft het maar volsteken…maak het eerst leeg en dan kan ik je iets leren…
      of het verhaal van de zenmeester die de vinger afhakte van een jongen…de jongen werd er uiteindelijk wel door verlicht, maar de andere leerlingen konden hun ogen niet geloven

  18. @”Voor de meeste volgelingen moeten leraren inderdaad beantwoorden aan bepaalde normen, maar wie stelden die normen ooit samen?”

    Ik heb zo mijn eigen normen, waar ik me overigens heus niet volledig van bewust ben. Het maakt mij niet zoveel uit welke normen een ander stelt. Mijn ervaring vertelt me of ik iemand wel of niet voldoende kan ‘vertrouwen’ om ook diens leer te kunnen aanvaarden.

    Ik merk dat het moeilijk is om precies onder woorden te brengen wat ik bedoel. Dat komt omdat het gaat om het ‘gevoel’ dat ik bij iemand heb. Maar iemand die me schoffeert om het schofferen, sorry daar kan ík dus niets mee.

    Ik vraag me trouwens af of het afhakken van die vinger echt nódig was voor de verlichting van die jongen… dat is ook maar een idee…

  19. Over die vinger, ik ken het verhaal niet. Maar het is vaak zo dat je als mens pas kan leren en begint na te denken nadat je diep in je ziel gekwetst bent in het leven. Uit die wond groeit dan iets nieuws, iets moois, een nieuwe levenswijsheid, die voldoende steun biedt om je weg sterker te vervolgen. Zonder leed is innerlijke groei niet mogelijk, de momenten van diepe vertwijfeling zijn later de reden dat je enorm veel verder vooruit kan komen in de ontwikkeling van je ziel.

    1. En soms vindt die kwetsuur al heel vroeg in je leven plaats en weet je eigenlijk niet beter dan dat die er is….

  20. Over welke leraren hebben jullie het eigenlijk? Kan je een voorbeeld van zo een leraar geven, Rita?

    1. Eigenlijk heb ik het over hypothetische leraren, omdat ik dat zelf niet zozeer heb meegemaakt. Aangezien het dus om verhalen van anderen gaat noem ik geen namen.

      Francois heeft ook wel gelijk als hij zegt dat leraren die de fout in zijn gegaan zich wellicht door hun leerlingen over het paard hebben laten tillen.

      Maar als je dat laat gebeuren, kun je in mijn ogen dus geen waarachtige leraar zijn. Omdat door hun daden hun leer in discrediet gebracht wordt en dus voor mij ongeloofwaardig.

      Als je voorbeelden wilt, dan is daar een goeie website voor:
      http://www.strippingthegurus.com/

  21. Nou ja, ik heb helemaal geen behoefte (meer) aan een leraar hoor! De leraar zit in mezelf en dat is meer dan genoeg.

  22. ik heb onlangs kennis gemaakt met Eckhart Tolle , aangereikt door mijn jongste dochter
    de beste insprator die ik de laatste jaren gelezen , gehoord en ervaren heb met onmiddelijk contact met het nu

  23. Hi Peter, Eckhart Tolle kan het leven in het hier en nu als geen ander beschrijven. Hij gaat zelfs zo ver dat beweerd dat er geen daadwerkelijk verschil tussen mensen (en dieren) zijn. Hij zegt bijvoorbeeld dat hij liever een gelukkige koe zou willen zijn dan een ongelukkig mens, en dat het gelukkig zijn belangrijker is dan de dingen waar dat geluk vanaf hangt. Dan zegt hij als je mensen vraagt waar ze het meest gelukkig zouden zijn als ze een koe zouden zijn, dan zeggen ze in Zwitserland of India. 😉 En daarna legt hij uit dat datgene wat je wilt vaak juist je geluk zo in de weg staat, dat er geen verschil is tussen jou en de ander, en dat leven en dood iets is wat eigenlijk niet bestaat maar dat er alleen geboorte en dood bestaat, omdat het leven er zoiezo blijft. Ik vind Eckhart ook een erg sterke denker. groetjes rafie.

  24. Ik heb het boek “De kracht van het Nu” van Eckhart Tolle ook gekocht. Hij geeft een mooie beschrijving van vele zaken. Hij beschrijft min of meer wat Verlichting is, niet vanuit het denken, dat zou ook niet kunnen, maar vanuit de beleving. Daar schieten woorden vaak tekort en ik vraag me dan ook af of het boek een weg wijst naar die Verlichting. Verlichting beschrijven is wat anders dan de weg erheen beschrijven. Het kan een hulp zijn, maar meer ook niet denk ik.

Reacties zijn gesloten.